Zelf lessen ontwerpen voor wereldoriëntatie als alternatief voor een nieuwe lesmethode. Hoe pak je dat als team aan? En waar haal je de tijd vandaan? Wij interviewen Marianne Donkersloot (leerkracht) en Judith Geeratz (leerkracht en kwaliteitscoördinator) van OBS De Wateringe in Hellevoetsluis.

De collega’s van het team van De Wateringe staan bekend als positief kritisch. Judith licht toe: “Dat merkten we ook in onze zoektocht naar een nieuw aanbod voor wereldoriëntatie, passend bij onze onderwijsvisie. We hebben verschillende opties bekeken, geanalyseerd en beoordeeld. Naast wereldkennis willen we ook taalverrijking integreren. Eigenlijk alleen het NKC (Nederlands Kenniscurriculum) voldeed aan de kennisgerichte invulling in combinatie met de mogelijkheid om zelf als school het onderwijs vorm te geven.”

Verdiepingsvragen
Marianne: “We waren allemaal direct enthousiast over het NKC. Zeker waren er ook twijfels. Er werd daarvoor een overlegsessie georganiseerd waarbij een lid van de landelijke NKC-ontwikkelgroep online aansloot, zodat collega’s verdiepende vragen konden stellen. Door juist over die twijfels te praten en vragen te stellen, kregen we de juiste inzichten. Dat heeft gemaakt dat we unaniem de knoop hebben doorgehakt. Iedereen in het team is echt enthousiast over de keuze, want we hebben ons vak terug. We maken weer echt zélf onderwijs.”

Voorbereiding en uitvoering
Wat ook een belangrijk onderwerp is, is dat het team heeft besloten gericht tijd in te ruimen voor NKC-ontwikkeling. Judith vervolgt: “Alle studiedagen zijn dit schooljaar voor het NKC-traject. We zijn begonnen met een theorie dag, over de achtergrond en praktische toepassing van de vijf jaarthema’s. Daarna hebben we vanuit de theorie het eerst thema ‘Voorbij de muren’ verkend. Binnen elke bouw hebben we hiervoor met elkaar kennisrijke lessen ontworpen binnen de subthema’s, die in een blok van vijf weken worden gegeven. De sessies bruisten van ideeën over verschillende lesvormen. Denk bijvoorbeeld aan creatieve lessen, schrijflessen, maar ook Close Reading-sessies, Kahoot-quizzen en gastlessen. Zo vergroot je de afwisseling was het idee, en we zien nu dat leerlingen dat heel leuk vinden!”

Enthousiasme
Naast de studiedagen is er wekelijks één uur vrijgemaakt voor de ontwikkeling van de lessen. Marianne: “In de leerteams maken we de vertaalslag naar de lessen. Wat zo leuk is dat je hier allemaal tegelijkertijd mee bezig bent. Je merkt dat we met elkaar meedenken. De eerste keer was ik zelfs een beetje zenuwachtig om mijn eigen les te geven. Werkt het zoals ik voor ogen heb, maar ook hoe reageren de kinderen? Ook bespreken we achteraf ervaringen. Dat geeft veel enthousiasme, en support onderling.”

Veel positieve reacties
Een nieuwe aanpak voor wereldoriëntatie vraagt ook betrokkenheid van ouders. Het team organiseerde hiervoor een infoavond en een kijkmiddag. Marianne: “Tijdens de kijkmiddag hebben leerlingen van mijn groep 7/8, haast als volwaardige meesters en juffen, uitleg gegeven over de slavernij als subthema. Ook lieten ze hun zelfgemaakte dagboek lezen. Daarin hebben ze beschreven hoe het moet zijn geweest om als slaaf te leven. Een vader zei na afloop: ‘Ik heb vandaag heel veel van mijn dochter geleerd’. Dit soort reacties zijn voor ons heel motiverend.”

Implementatietraject
De implementatie van het NKC heeft tijd nodig en de school is na de voorjaarsvakantie gestart met de eerste lessen. Judith: “We mogen heel trots zijn op het resultaat, waarbij we het succes samen voor elkaar hebben gekregen. We zijn pas met de lessen gestart toen iedereen goed was voorbereid, dat heeft bijgedragen aan een positieve ervaring voor iedereen.”

Continue evaluatie
Het initiatief van OBS De Wateringe laat zien hoe het NKC-traject kan leiden tot niet alleen een stevige kennisbasis, maar ook veel enthousiasme onder leerkrachten, leerlingen en ouders. De komende periode zullen in het teken staan van continue evaluatie en verbetering. Judith sluit af: “Na elke thema-evaluatie leren we wat werkt en wat niet. Het gaat om zowel het product als het proces, zodat we onze aanpak steeds kunnen verbeteren.”